Actueel
Lettertypes/grootte

Het Grondwettelijk Hof heeft eerder dit jaar de regels op het bijklussen vernietigd. Hierdoor is het vanaf 1 januari 2021 niet meer mogelijk om volgens de huidige regels activiteiten te verrichten voor verenigingen of diensten van burger aan burger. Het Parlement heeft in dit kader een nieuwe wet goedgekeurd, met een aangepaste regeling voor het verenigingswerk in 2021. Het gaat om een tijdelijke plossing voor één jaar en enkel voor de sportsector.

1. Verenigingswerk

De volgende activiteiten worden als verenigingswerk beschouwd:


1° animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie en/of sportactiviteiten verstrekt;
2° sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid,steward, terreinverzorger-materiaalmeester, seingever bij sportwedstrijden;
3° conciërge van sportinfrastructuur;
4° hulp en ondersteuning bieden op occasionele of kleinschalige basis op het vlak van het administratief beheer, het bestuur, het ordenen van archieven of het opnemen van een logistieke verantwoordelijkheid bij activiteiten in de sportsector;
5° hulp bieden op occasionele of kleinschalige basis bij het opstellen van nieuwsbrieven en andere publicaties (zoals websites) in de sportsector;
6° verstrekker van opleidingen, lezingen, en presentaties in de sportsector.


Opgelet: werken in onroerende staat kunnen niet in het kader van het verenigingswerk worden uitgevoerd zoals een kantine verbouwen, de aanleg van terreinen…
Een vereniging die verenigingswerkers in dienst neemt is een solidariteitsbijdrage van 10% van de overeengekomen vergoeding verschuldigd aan de RSZ. Er is eveneens een fiscaal luik, namelijk een belastingheffing van 10%.

2. Verenigingswerk is geen vrijwilligerswerk

Vrijwilligerswerk is vrij en zonder bijzondere administratieve formaliteiten. Er is geen aangifte en het is onbetaald. Vrijwilligers kunnen enkel hun onkosten vergoed krijgen. Deze onkosten kunnen via een forfait vergoed worden van maximaal 35,41 euro per dag. Verenigingswerk is wel betaald, en er moeten een aantal extra formaliteiten nageleefd worden.


Je mag tijdens dezelfde periode niet voor dezelfde vereniging als verenigingswerker én als vrijwilliger aan de slag zijn, tenzij je echt helemaal niets krijgt voor je vrijwilligerswerk (dus ook geen vergoeding
voor je onkosten). Het is daarentegen wel mogelijk dat bijvoorbeeld een sporttrainer het jaar 2021 start met het vrijwilligersstatuut en later tijdens het jaar overstapt naar een verenigingswerkovereenkomst met  dezelfde club.

3. Welke organisaties kunnen een verenigingswerker in dienst nemen?

• vzw’s
• feitelijke verenigingen
• openbare besturen

4. Hoe regel je verenigingswerk?


Als een vereniging een beroep doet op iemand die in zijn vrije tijd verenigingswerk komt uitvoeren, moet de vereniging:
- een overeenkomst voor verenigingswerk afsluiten en
- aangifte doen via de onlinedienst Verenigingswerk.

5. Afsluiten van de overeenkomst

Verenigingswerk wordt niet als werk beschouwd, en dus moet er geen arbeidscontract afgesloten worden. Maar de afspraken met de verenigingswerker moeten wel op papier staan. De vereniging moet met die persoon een verenigingswerkovereenkomst sluiten. Daarin worden onder andere de duur, de vergoeding, het vast of variabel uurrooster van de verenigingswerker en de belofte dat die de grens voor het verenigingswerk niet zal overschrijden, vastgelegd.


De verenigingswerkovereenkomst dient gedurende 5 jaar te worden bewaard.


Een voorbeeldovereenkomst zal binnenkort op www.verenigingswerk.be beschikbaar zijn.


De overeenkomst met een vereniging heeft een maximumduur van één jaar. Per kalenderjaar kan je maximum drie al dan niet opeenvolgende verenigingswerkovereenkomsten afsluiten met dezelfde vereniging. Gezien de nieuwe wet slechts ingesteld is voor één jaar, kan de einddatum van de overeenkomst niet later zijn dan 31/12/2021.

6. Aangifte van de prestaties


De onlinedienst die je nodig hebt om de aangifte te doen, vind je binnenkort op de website www.verenigingswerk.be.


Om een aangifte te kunnen indienen, heb je volgende gegevens nodig:
• het rijksregisternummer van de persoon die een dienst levert aan je vereniging,
• de periode waarin de dienst geleverd wordt (maximaal 1 jaar),
• het bedrag van de vergoeding per maand,
• het aantal uren per maand dat de verenigingswerker zal presteren en
• eventueel het bedrag van de verbrekingsvergoeding (indien van toepassing).

Wanneer je als mandataris een aangifte doet, heb je ook het ondernemingsnummer nodig van de vereniging die je vertegenwoordigt. Je moet de aangifte doen vóór aanvang van het verenigingswerk. Wil je na uitvoering van het verenigingswerk nog een aanpassing doen? Doe dat dan ten laatste tegen het einde van de maand die volgt op de maand waarin de prestaties uitgevoerd werden. Wijzigt de begindatum of einddatum van het verenigingswerk? Pas de datum dan uiterlijk vóór de effectieve aanvang of beëindiging ervan aan.
Let op! Als je een aangifte of aanpassing te laat doet, wordt ze geweigerd.


Bij de start op 1 januari 2021 zal de onlinedienst Verenigingswerk nog niet beschikbaar zijn. De aangiftes van prestaties die aanvangen voor de onlinedienst beschikbaar is, moeten retroactief gebeuren van zodra de onlinedienst beschikbaar zal zijn.

7. In de praktijk


Ik wil verenigingswerk doen.


Je moet minimum 18 jaar zijn en mag maximaal op kwartaalbasis gemiddeld 50 uren per maand prestaties verrichten die als verenigingswerk beschouwd worden.


Je moet aan de volgende tewerkstellingsvoorwaarden voldoen:
• In de 12 tot 9 maanden (= T-3) voorafgaand aan de start van het verenigingswerk minstens één dag als werknemer of ambtenaar gewerkt hebben. Studentenarbeid, flexijob, erkende leerlingen en gelegenheidsarbeid komen niet in aanmerking.
• of in T-3 zelfstandige in hoofdberoep zijn en sociale bijdragen betalen;
• of in T-2 gepensioneerd zijn.


Voor je prestaties ontvang je een minimumvergoeding van 5,10 euro per uur. De inkomsten uit verenigingswerk mogen niet meer bedragen dan 532,50 euro per maand en 6.390,00 euro per jaar (inclusief verplaatsingskosten en onkosten). Voor de eerste twee activiteiten in de lijst wordt het maximum maandbedrag vastgelegd op 1.065,00 euro. Verdien je ook bij via een erkend deeleconomieplatform, dan mogen  de opgetelde inkomsten hieruit niet hoger zijn dan 6.390,00 euro per jaar.


Bijzondere bepalingen over wie verenigingswerk mag doen:

Je mag geen prestaties als verenigingswerker verrichten voor een vereniging als je door een arbeidsovereenkomst, statutaire aanstelling of dienstverleningsovereenkomst verbonden bent met die vereniging.


Dit verbod geldt ook voor wie bij de vereniging tewerkgesteld is:
• als uitzendkracht,
• als tijdelijke werknemer (vervanging of inzet bij tijdelijke vermeerdering van het werk), of
• als werknemer die ter beschikking werd gesteld door de vereniging.

Bovendien geldt dit verbod voor een periode van één jaar voorafgaand aan het begin van je verenigingswerk.


De regel die zegt dat je niet mag bijverdienen voor een vereniging die jou de afgelopen twaalf maanden tewerkgesteld heeft, geldt niet als:
• je als student tewerkgesteld was voor die vereniging, of
• je als monitor (Artikel 17) werkte voor die vereniging, of
• je arbeidsovereenkomst met die vereniging beëindigd werd omdat je met pensioen ging.


Als je een uitkeringsgerechtigde werkloze bent, mag je normaal gezien geen verenigingswerk uitvoeren. Maar er zijn twee uitzonderingen:
• je volgt een traject burgerdienst voor jongeren van maximaal één jaar;
• je wordt uitkeringsgerechtigd werkloos in een periode waarin je verenigingswerk doet. In dat geval mag je de prestaties, zoals overeengekomen in de verenigingswerkovereenkomst, blijven uitvoeren tot en met de einddatum ervan. Je moet dit wel melden aan je uitbetalingsinstelling.

Ben je in een van deze bijzondere gevallen?
• Je bent een ambtenaar bij een supra- of internationale instelling;
• Je bent gepensioneerd en wil verenigingswerk doen bij de vereniging waar je als werknemer hebt gewerkt in de periode tussen 12 en 9 maanden voorafgaand aan de startdatum van de prestatie;
• Je bent jonger dan 65 en gepensioneerd in het buitenland, maar wel onderworpen aan belastingen in België;
• Je bent buitenlander, je woont in het buitenland en hebt er een professionele activiteit of bent gepensioneerd.

Waarschijnlijk mag je als verenigingswerker aan de slag, maar is er een tussenkomst van de RSZ nodigom het mogelijk te maken. Neem contact op met de RSZ op het nummer 02/509.90.91 of via het contactformulier.


Mag ik met vaste regelmaat verenigingswerk doen?

Ja. Je mag de toegelaten activiteiten met een vaste regelmaat uitvoeren.

Wat kan ik precies raadplegen in de onlinedienst Verenigingswerk?

De onlinedienst biedt een overzicht van alle prestaties als verenigingswerker die voor jou aangegeven zijn. Je ziet er hoeveel je al verdiend hebt per maand en per jaar, alsook het aantal uren per maand die voor jou zijn aangegeven. Zo weet je meteen hoeveel uren je nog mag presteren en hoeveel je nog mag bijverdienen.

Als je diensten hebt geleverd via een deeleconomieplatform, staan die niet in je overzicht! Ze zijn immers niet via de onlinedienst Verenigingswerk aangegeven. Inkomsten via de deeleconomie moet je dus zelf bij je totaal tellen.


Ik vertegenwoordig een vereniging.
Mag mijn vereniging iemand met vaste regelmaat als verenigingswerker laten presteren?

Ja. Je mag iemand vragen om met vaste regelmaat als verenigingswerker voor je vereniging te werken. Opgelet: je moet je als vereniging wel houden aan de bij wet opgelegde rustpauzes voor verenigingswerkers.


Mag mijn vereniging een werknemer vervangen door een verenigingswerker?

Nee. Je vereniging mag geen beroep doen op een verenigingswerker ter vervanging van een werknemer die ze de afgelopen vier kwartalen in dienst had.


Mag mijn vereniging iemand als verenigingswerker in dienst nemen die hier ook al professionele diensten levert?

Nee. Verenigingswerk mag niet gecombineerd worden met professioneel werk voor dezelfde vereniging, op hetzelfde moment.


Heeft mijn vereniging een verzekering nodig?

Ja. Je vereniging moet een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid en een verzekering lichamelijke schade hebben. De polisnummers moeten in de overeenkomst vermeld worden.


Wat kan ik precies raadplegen in de onlinedienst Verenigingswerk?

De onlinedienst biedt een overzicht van alle aangiften voor verenigingswerk die je vereniging afgesloten heeft, alsook van de solidariteitsbijdragen.


Hoe verloopt de betaling van de solidariteitsbijdrage?

De door de vereniging verschuldigde solidariteitsbijdrage zal na afloop van elk trimester berekend en gefactureerd worden door de RSZ. Meer informatie hierover zal je binnenkort kunnen raadplegen op www.verenigingswerk.be.


Is het arbeidsrecht van toepassing op het verenigingswerk?

Het arbeidsrecht is niet integraal van toepassing. Er zijn een aantal regels uit het arbeidsrecht (of gelijkaardig hieraan) wel van toepassing:
• Je mag maximaal drie al dan niet opeenvolgende overeenkomsten per jaar met dezelfde verenigingswerker afsluiten;
• Je moet een vast of variabel week- of maandwerkrooster opstellen en opnemen in de verenigingswerkovereenkomst;
• Er is een verplichte rustpauze van 15 minuten voorzien indien er meer dan 6 opeenvolgende uren wordt gewerkt;
• Tussen twee verschillende prestaties (vb. sporttrainingen) moet minimaal 11 uren rustpauze liggen;
• Op weekbasis mag maar maximaal tijdens 6 dagen gewerkt worden (= minimaal 24 uur ononderbroken rust per week);
• Er is een verplichte moederschapsrust vanaf 7 dagen voor de vermoedelijke bevallingsdatum tot en met 9 weken na de bevalling;
• Er gelden bijzondere regels in het kader van een opzeg;
• Er gelden bijzondere regels in het kader van welzijnsbescherming.


Wat gebeurt er met de bestaande bijkluscontracten?

Verenigingswerk kan onder de voorwaarden van de vernietigde bijkluswet nog worden uitgevoerd tot en met 31 december 2020. De reeds afgesloten bijkluscontracten blijven dus rechtsgeldig. Reeds afgesloten bijkluscontracten voor prestaties in het jaar 2021 worden door de vernietiging van de bijkluswet de facto ontbonden, met uitzondering van de erin overeengekomen activiteiten en bedragen voor het jaar 2020.